Ida, begin twintig, is grof, spontaan en emotioneel. Alles van haar persoonlijkheid en haar verdriet wordt weerspiegeld in de manier waarop ze haar verhaal vertelt. Na het overlijden van haar alcoholistische moeder verlaat ze het ouderlijk huis, een afscheid voor altijd. Op het station kiest ze d... Meer
Ida, begin twintig, is grof, spontaan en emotioneel. Alles van haar persoonlijkheid en haar verdriet wordt weerspiegeld in de manier waarop ze haar verhaal vertelt. Na het overlijden van haar alcoholistische moeder verlaat ze het ouderlijk huis, een afscheid voor altijd. Op het station kiest ze de trein die het verst weggaat, en ze belandt op Rügen, Noord-Duitsland. Zonder plan en met een flinke brok woede en schuldgevoel in haar maag, zwerft ze over het Oostzee-eiland. In de plaatselijke kroeg ontmoet ze Knut en zijn vrouw Marianne, die de jonge vrouw in dienst en in huis nemen. ’s Avonds werkt ze bij Knut in de kroeg, overdag slaapt ze, wandelt ze met Marianne door het bos of zwemt – ook bij een rode vlag – tot de onstuimige zee haar totaal heeft uitgeput. Als ze Leif ontmoet, raakt ze volledig in de war omdat ineens alles een plek lijkt te krijgen en een beetje draaglijker wordt. Maar na korte tijd staat haar wereld weer op z’n kop.
In Windkracht 17, een roman vol zwarte humor, maken we kennis met de vitale stem van Ida: vol van de onzekerheden en angsten, het egoïsme soms, de passie en creativiteit van een jong iemand in deze tijd.